Energiezuinigheid cv-ketel
Yvo Verschoor Expert cv-ketelsBijgewerkt op:6 mei 2024
Energiezuinigheid HR-ketels
Een cv-ketel zet energie uit gas om in warmte. Hoe energiezuiniger de ketel, hoe meer dat proces oplevert. Als er helemaal geen energie verloren gaat, heb je een rendement van 100%.
Het verbranden van aardgas levert warmte op. Maar ook waterdamp, die verdwijnt met de rookgassen naar buiten. Een HR-ketel put uit die waterdamp extra energie door de waterdamp te laten condenseren op de warmtewisselaar. Dat levert condensatiewarmte. Die komt bovenop de verbrandingswarmte van het gas. Zo is de HR-ketel extra slim.
Europees keurmerk
Vroeger werd de energie die via de waterdamp de schoorsteen verliet niet meegenomen in rendementsberekeningen. Daardoor kwamen HR-ketels op rendementen van boven de 100%. Best verwarrend, want meer dan 100% kan natuurlijk niet.
Sinds september 2015 heeft Europese wetgeving hier een eind aan gemaakt. Cv-ketels die vroeger het 'Gaskeur HR107' keurmerk hadden, hebben nu op hun Gaskeur gewoon 'HR' staan. De 107 stond voor minimaal 107% rendement op laag vermogen.
Met een warmtepomp is een rendement ver boven de 100% wél mogelijk. Naast stroom uit het stopcontact haalt hij namelijk ook warmte uit de bodem of (koude) buitenlucht.
Hoogste verwarmingsrendement alleen op laag pitje
Het rendement van de verwarming meten we bij hoog en laag vermogen. Bekijk de meetwaarden (vollastrendement en deellastrendement) per product in de Vergelijker.
Het rendement op hoog vermogen is belangrijk als de verwarming een tijd heeft uitgestaan. Dan moet de ketel hard werken om de woning op temperatuur te krijgen.
Een HR-ketel draait op laag vermogen om een woning op temperatuur te houden. Dit is de meest zuinige stand. Alleen dan werkt het HR-principe. Om in de praktijk bij jou thuis dat extra hoge rendement te benutten, moet het minimumvermogen van de ketel laag genoeg zijn.
Bij elke cv-ketel is waterzijdig inregelen belangrijk voor zoveel mogelijk comfort en energiebesparing. Je kunt dit ook nog (laten) doen als je ketel er al jaren hangt.
Uitleg voordelen laag pitje
Om een redelijk tot goedgeïsoleerde woning die al op temperatuur is warm te houden, hoeven de radiatoren niet veel warmte af te geven. 50°C of lager is al genoeg.
Rookgas
Als het rookgas van de cv-ketel niet te warm is, condenseert er waterdamp uit. Daarbij komt ‘extra’ warmte vrij. Dit is goed voor het rendement van de cv-ketel.
Retourtemperatuur
Voor een koel rookgas is het nodig dat het water dat in de ketel terugkomt uit de radiatoren niet warmer is dan 55°C, liefst kouder. Dit is de ‘retourtemperatuur’. Dat betekent dat voor een lage retourtemperatuur ook een lage aanvoertemperatuur nodig is. De ketel moet continu een kleine hoeveelheid niet al te warm water aanleveren.
Bij een hoge retourtemperatuur is het comfort lager met meer temperatuurschommelingen en geluid. Het gasverbruik is dan hoger. Het hoog-rendementsprincipe werkt minder goed, want de rookgassen zijn warmer.
Doe een simpele check: zie je witte damp boven je dak als je huis al op temperatuur is en je geen warme kraan gebruikt? Dan is je retourtemperatuur te hoog. De waterdamp is niet gecondenseerd in je ketel.
Laag minimumvermogen
Er is een laag minimumvermogen nodig. De ketel moet ver kunnen 'terugmoduleren'. Hoe kleiner of beter geïsoleerd je woning is, hoe lager dat vermogen. Als de warmtebehoefte voor het warmhouden bijvoorbeeld slechts 4 kilowatt is en het minimumvermogen van de ketel is 8 kilowatt, dan gaat de ketel vaker aan en uit. Dan is de retourtemperatuur hoger.
Als je de woning dus goed op een laag pitje kunt warmhouden, kun je ook over naar stoken met een (hybride) warmtepomp.
Deellast
Laag vermogen noemen we ook wel deellast. Het deellastrendement is belangrijker voor de stookkosten op jaarbasis dan het vollastrendement. Daarom telt deze waarde zwaarder in ons testoordeel. Om bij het opwarmen van de woning zoveel mogelijk te profiteren van het HR-principe is het belangrijk dat je de aanvoertemperatuur niet te hoog instelt.
Energiezuinigheid warm water
Alle combiketels die wij testen zijn doorstroommodellen. Ze hoeven dus geen voorraadvat water warm te houden. Dat scheelt nogal in het gasverbruik.
Vooral ketels met een extra ingebouwde warmtewisselaar in het rookgaskanaal scoren goed. Deze gebruiken overgebleven warmte uit de rookgassen om het tapwater alvast voor te verwarmen.
De verschillen tussen ketels bij warm kraanwater zijn veel groter dan bij het verwarmingsrendement. Op het gebied van verwarming valt met de cv-ketel niet veel winst meer te halen. Het product is 'uitontwikkeld'.