Kattenvoer: feiten en fabels
Gepubliceerd op:24 mei 2016
Rauw vlees is minstens zo gezond als voer uit blik.
Fabel!
Rauw vlees is te eenzijdig voor de kat; de balans van voedingsstoffen is niet in orde. Van oorsprong eten katten natuurlijk ook prooien zoals muizen en vogels, maar die eten ze dan met huid en haar op. Alle onderdelen van die prooi bevatten samen wel alle essentiële voedingstoffen.
Een kat hoeft van nature nauwelijks te drinken
Feit!
Genoeg vocht binnenkrijgen is belangrijk tegen blaasproblemen. Maar katten drinken van nature niet veel. Ze krijgen normaal gesproken namelijk genoeg vocht binnen via hun prooi. Nat voer komt qua vochtgehalte overeen met een prooi, waardoor drinken niet nodig is. Brokken bevatten weinig vocht, zodat de kat wel extra moet drinken. Zet in dat geval het waterbakje niet naast het voer, dat vindt de kat maar niks. Het liefst hebben ze stromend water. In plaats van de kraan open te zetten zijn hiervoor speciale 'fonteintjes' verkrijgbaar bij dierspeciaalzaken.
Melk is een verwennerij
Fabel!
Het is een bekend beeld, een kat aan een schoteltje melk. Een flink deel van ons panel geeft ook aan de kat af en toe melk te geven. Vreemd, want katten worden na het spenen lactose-intolerant. Volwassen katten kunnen de melksuikers (lactose) niet meer verteren, met diarree tot gevolg. Er bestaat speciale kattenmelk, met minder of zonder lactose. Water blijft het beste voor de volwassen kat.
Katten proeven geen zoet
Feit!
Katten zijn geen zoetekauwen, ze kunnen zoet zelfs niet proeven. Desondanks worden er regelmatig kleine hoeveelheden suiker aan kattenvoer toegevoegd. Dit is met name om de kleur te verbeteren.
Lees ook: