Politieke steun voor vergoeden bankspoofing, banken nu aan zet
Joyce Donat WoordvoerderGepubliceerd op:27 november 2020
De Consumentenbond vindt dat de banken dit in hun voorwaarden moeten aanpassen en ging daarover de afgelopen maanden met verschillende banken in gesprek. Tot nu toe zonder resultaat. De Consumentenbond hoopt dat de branche onder politieke druk nu wel in beweging komt.
Spoofing
Spoofing is de nieuwste truc van criminelen om consumenten op slinkse wijze geld afhandig te maken. Een oplichter doet zich voor als medewerker van de bank en belt consumenten. Dit gebeurt met een ‘gespoofd’ telefoonnummer dat van de bank lijkt te zijn. De beller meldt dat er verdachte activiteiten zijn waargenomen rond de rekening van de klant. Die kan zijn (spaar)geld veiligstellen door het tijdelijk over te zetten naar een ’kluisrekening’. In werkelijkheid is dit een rekening van de oplichter.
Geraffineerd
Honderden consumenten raakten door spoofing al tienduizenden euro's kwijt. Slachtoffers klopten vaak tevergeefs aan bij hun bank. Die wijst in zijn voorwaarden naar de wet. Daarin staat dat als de klant zélf het geld overmaakt, de bank de schade niet hoeft te vergoeden. ‘Pure nonsens’, vindt Sandra Molenaar, directeur Consumentenbond. ‘Deze criminelen leiden consumenten heel geraffineerd om de tuin. Die denken écht met hun bank te maken te hebben. Je kunt hen dat niet kwalijk nemen. De bank heeft een zorgplicht en moet compenseren.’
Een meerderheid van de Tweede Kamer is het daarmee eens en roept minister Hoekstra van Financiën op om de banken te bewegen om wel te compenseren. Molenaar: ‘De banken krijgen hiermee een duidelijk signaal van de politiek: compenseer de schade of er volgen wettelijke maatregelen'.
Aanpassing voorwaarden
Ook bij andere vormen van oplichting waarbij de klant zelf geld overboekt, zoals Whatsappfraude en helpdeskfraude, wisselt het beleid van banken. Sommigen vergoeden niet, anderen wel, uit coulance. Molenaar: ‘Op coulance kunnen consumenten niet bouwen. Wij vinden dat banken in hun voorwaarden moeten zetten dat zij altijd compenseren, tenzij de klant echt nadrukkelijk iets te verwijten valt. Zo zijn consumenten ook bij toekomstige fraudetrucs beschermd.’